Uitspraken Raad van State

Archeologisch onderzoeksplicht vanaf 30 cm
In verschillende uitspraken heeft de Raad van State bepaald dat een archeologische onderzoekplicht geldt vanaf 30 cm, tenzij diepere verstoring is aangetoond.

Het beroep van de Stichting Steun AVKP (AWN-afd. 23) is door de Afdeling Bestuursrecht van de Raad van State in een definitieve uitspraak gegrond verklaard. De RvS onderschrijft dat bij gangbare agrarische werkzaamheden de bodem niet dieper dan 30 cm wordt verstoord en dat daarom voor agrarische gebieden met een archeologische waarde vanaf die diepte een vergunningplicht met de daaraan verbonden archeologische onderzoeksplicht geldt. Een diepere verstoring moet door middel van onderzoek worden aangetoond. In De voorlopige uitspraak kreeg de gemeente de opdracht een diepere verstoring aan te tonen. Dat heeft de gemeente niet gedaan en de voorbeelden die de gemeente tijdens de zitting noemde, te weten het scheuren van grond en het aanleggen van drainage, zijn door de Raad van State als niet-reguliere, incidentele werkzaamheden in de agrarische bedrijfsvoering gekwalificeerd. In het geval van de aanleg van drainage is, zo heeft de Raad van State eerder overwogen, de bodem slechts verstoord ter plaatse van de drainagebuizen zodat in zo’n geval niet voor het gehele perceel kan worden aangenomen dat de bodem tot 50 cm onder het bestaande maaiveld is verstoord.

Het betreffende besluit van de gemeente van 3 april 2012 dient te worden vernietigd.

De gehele uitspraak van de Raad van State over Eersel, Buitengebied

Beroep van de Zuidelijk Land- en Tuinbouworganisatie ( ZLTO) afdeling Altena Biesbosch tegen een omgevingsvergunning met onderzoeksplicht vanaf 30 cm voor gebieden met een dubbelbestemming Waarde Archeologie 2 en 3. De ZLTO-afdeling stelt dat de agrarische gronden regelmatig zijn omgewoeld en bewerkt tot 0,5 m diepte en dat door deze onderzoeksplicht de agrarische bedrijfsvoering onevenredig wordt belemmerd.

De uitspraak is ”In hetgeen ZLTO heeft aangevoerd ziet de Afdeling geen aanleiding voor het oordeel dat de gemeenteraad zich niet in redelijkheid op het standpunt heeft kunnen stellen dat het bestemmingplan, voor zover bestreden, strekt ten behoeve van een goede ruimtelijke ordening. .In het aangevoerde wordt evenmin aanleiding gevonden voor het oordeel dat het bestreden besluit in zoverre anderszins is voorbereid of genomen in strijd met het recht. Het beroep is ongegrond.

De gehele uitspraak van de Raad van State over Woudrichem, buitengebied

Beroep van ZLTO afdeling Altena Biesbosch tegen een omgevingsvergunning en daaraan gekoppelde archeologische onderzoeksplicht van 30 cm bij Waarde Archeologie 1 en vanaf 50 cm bij Waarde Archeologie 3. De ZLTO-afdeling stelt dat door ruilverkaveling en nabij gelegen bebouwingslinten, agrarische cultuurgronden reeds tot 80 cm a 1 meter zijn verstoord.

De uitspraak van de Raad van State is dat de gemeente deze voorwaarden in redelijkheid noodzakelijk heeft kunnen achten. Het beleid van de gemeente is gebaseerd op de door de gemeente vastgestelde Beleidsadvieskaart en een daaraan ten grondslag liggend onderzoek van RAAP. De ZLTO-afdeling heeft niet aannemelijk kunnen maken dat die beleidskaart en het RAAP rapport zodanige gebreken bevatten omtrent de in het plangebied te verwachten archeologische waarden dat de raad zich hierop bij de vaststelling van het plan niet mocht baseren. De Afdeling neemt hierbij in aanmerking dat de door ZLTO Altena Biesbosch gestelde roering van de grond heeft plaatsgevonden in de vorige eeuw en dat door haar niet aannemelijk is gemaakt dat deze omstandigheid niet is meegenomen bij het opstellen van de Archeologische beleidsadvieskaart en het RAAP rapport.

Bovendien stelt de RvS dat – anders dan ZLTO Altena Biesbosch betoogt – voor het opnemen van een beschermingsregeling niet is vereist dat de aanwezigheid van de archeologische sporen ter plaatse vast staat, doch dat aannemelijk is dat dergelijke sporen in het gebied voorkomen.

De gehele uitspraak van de Raad van State over Werkendam, Nieuwedijk

Ook in agrarische bouwblokken geldt een archeologische onderzoeksplicht:

Beroep van de heemkundekring De Vonder, Asten – Someren. In het bestemmingplan werden agrarische bouwblokken vrijgesteld van archeologisch onderzoek bij bouw en grondwerkzaamheden. De motivering daarvoor was dat die bouwblokken in veel gevallen reeds verstoord zouden zijn. Een onderzoeksplicht is dan volgens de gemeente ondoelmatig en de agrarische bedrijfsvoering wordt te veel belemmerd. De heemkundekring tekent hiertegen beroep aan bij de Afdeling Bestuursrecht van de Raad van State en wordt door de Raad in het gelijk gesteld. De Raad van State is van mening dat ook binnen bouwblokken eventuele verstoring van de grond in gebieden met een archeologische waarde via onderzoek moet worden aangetoond. De gemeente heeft bij de voorbereiding van het bestreden besluit niet voldoende zorgvuldigheid betracht, nu er geen aanvullend onderzoek is gedaan naar de vraag of en de mate waarin archeologische waarden in die gronden zijn verstoord. Dat deel van het besluit dient te worden vernietigd.

De gehele uitspraak van de Raad van State over Asten

Meer uitspraken zijn te vinden via deze pagina.

Op deze pagina vindt u andere aspecten van binnen dit kader van de Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed (RCE).