De zomer van 2021 is voor drie Sliedrechtse jongens een wel heel bijzondere geweest.
Tijdens het uitoefenen van hun hobby, met een metaaldetector zoeken naar aparte vondsten troffen zij geen metaal aan in de Sliedrechtse bodem, maar talloze scherven uit het jaar 0 tot ongeveer 300 na Chr. Na hun vondsten te hebben getoond aan medewerkers van het Baggermuseum zijn zij doorverwezen naar de AWN, Nederlandse Archeologievereniging afdeling Lek- en Merwestreek.
Vrijwilligers van deze vereniging hebben samen met de drie jongens in het najaar van 2021 het gebied verder onderzocht waardoor er een veelvoud aan archeologische vondsten tevoorschijn is gekomen.
Deze vondsten worden momenteel verder onderzocht en gedocumenteerd.
Een eerste voorzichtige conclusie, die aan de hand van het archeologisch vondstmateriaal getrokken zou kunnen worden is dat er een inheems-romeinse nederzetting uit het begin van de jaartelling op deze locatie gesitueerd was.
Momenteel worden er gesprekken gevoerd om verder archeologisch onderzoek mogelijk te kunnen maken.
Gezien de nu aangetroffen vondsten zou het een unieke gelegenheid zijn om meer te weten te komen over de vroegste bewoningsgeschiedenis van het zuidelijk deel van de Alblasserwaard en voor Sliedrecht in het bijzonder. Tot op heden is hier nog niet eerder een site uit deze tijdsperiode ontdekt.
In Alblasserdam, Papendrecht en Arkel zijn wel bewoningssporen uit deze tijdsperiode aangetroffen. Sliedrecht sluit hier mooi bij aan.