Missie


De LWAOW (onderdeel van de ‘AWN/Vrijwilligers in de Archeologie’) verenigt belangstellenden in de Nederlandse maritieme archeologie. De werkgroepleden doen dit door kennis op dit gebied te vergaren, onderzoek te verrichten, erover te publiceren en het behoud van het maritieme erfgoed te bevorderen.


De LWAOW is een landelijke vereniging, onderdeel van de AWN-Nederlandse Archeologievereniging, en draagt bij aan de verbreding van de maritiem-archeologische kennis en versterking van het maatschappelijk draagvlak voor behoud van het kwetsbare Nederlandse maritiem-archeologische erfgoed. Dit wordt gedaan in samenwerking met overheden, professionele maritiem archeologen, de AWN en andere relevante erfgoedorganisaties.

Hiertoe hanteert de LWAOW de volgende doelen:

  1. Samenbrengen en enthousiasmeren van vrijwilligers in de maritieme archeologie en het bevorderen van de samenwerking met andere, relevante, erfgoedbeoefenaren.
  2. Actief bijdragen aan kennisoverdracht en deskundigheidsbevordering zodat vrijwilligers genoegen beleven aan en kennis en kunde opdoen met onderzoek en het opstellen van rapporten, mede gericht op een groter bewustzijn van de kwetsbaarheid van het maritiem-archeologische erfgoed.
  3. Het stimuleren, faciliteren en initiëren van onderzoek en publicaties over het maritiem-archeologische erfgoed.
  4. Het behartigen van de belangen van de (Nederlandse) maritieme archeologie, met name die in relatie tot overheden.

De Missie en doelen leiden voor de beleidsplanperiode 2022-2026 tot de volgende activiteiten:

  1. Het organiseren van activiteiten (workshops, BMA- en GMA-cursussen, ‘schervendagen’ en andere bijeenkomsten) ten behoeve van deskundigheidsbevordering en kennisoverdracht, waarmee ook samenwerking tussen de leden bevorderd wordt.
  2. Het oriënteren op de rol van de LWAOW op gebied van de maritieme land-archeologie en het in beperkte zin betrekken van dit aandachtsgebied in het opleidingsaanbod.
  3. Het verkennen van nut en noodzaak van het intensiveren van contacten met provinciale en gemeentelijke overheden met betrekking tot de LWAOW-doelen.
  4. Het versterken van de in- en externe communicatie, met name op gebied van de sociale media.
  5. Het toekomstgericht verstevigen van de bestuurlijke organisatie door het vinden van taakgerichte ondersteuning van het bestuur met adviseurs en projectmedewerkers.  

Toelichting actiepunten:

Ad 1 Hiermee zet de LWAOW het beleid uit de vorige beleidsplanperiode voort.

Ad 2 Hoewel dit in de praktijk zo af en toe tijdens de vorige beleidsperiode al gebeurde, heeft het bestuur besloten de maritieme landarcheologie ook tot het aandachtsgebied van de LWOAW te rekenen. Uiteraard zonder verplichtend karakter voor de leden. Hiertoe worden niet alleen vaartuigen (wrakken), maar ook andere watergerelateerde onderwerpen, zoals sluizen en andere natte infrastructuur, gerekend. Hoewel het niet de hoofdaandacht zal krijgen, dient dit aspect in de door de LWAOW aangeboden cursussen en workshops in beknopte vorm (wellicht in aparte workshops of in samenwerking met de AWN) plaats te krijgen, vooral vanwege de andere methoden en technieken.

Ad 3 De LWAOW onderhoudt reeds contacten met het Ministerie van OCW en de RCE maar op bestuurlijk niveau nog niet (of incidenteel) met provinciale of gemeentelijke overheden. Tijdens de beleidsplanperiode oriënteert de LWAOW zich op de noodzaak en/of wenselijkheid van een vergelijkbaar (structureel) overleg met IPO (provinciale koepel) en/ of CGA (Convent van Gemeentelijk Archeologen).

Ad 4 Momenteel beschikt de LWAOW over goed functionerende in- en externe communicatiemiddelen en een aantal die versterking kunnen gebruiken: -website; -nieuwsbrief ‘Even Bijpraten’; -Bundels Maritieme Archeologie en-facebookpagina. In het LWAOW-bestuur is niet voorzien in een bestuursfunctie voor communicatie en worden de taken op dit gebeid door de andere bestuursleden opgepakt. Het streven is de bestuursfunctie communicatie in het leven te roepen en een bijbehorend bestuurslid te werven. Deze persoon hoeft niet per se grote maritiem-archeologische kennis te hebben.

Ad 5 Om de taakbelasting van de bestuursleden niet te groot te laten worden en met het oog op de verwoorde ambities is ondersteuning door adviseurs en/of projectmedewerkers een goede manier om de doelstellingen en projecten te verwezenlijken. Deze personen maken geen onderdeel van het bestuur uit, maar verrichten deeltaken/projecten op welk gebied zij deskundigheid beschikken. Vanuit het bestuur wordt een contact-bestuurslid/sparringpartner aangewezen.