Online publiekslezingen over archeologie op 18 en 25 maart

De archeologielezingen, die Erfgoedpartners jaarlijks met verschillende erfgoedinstellingen in Groningen organiseert, worden dit keer niet in het najaar maar in het voorjaar gehouden. Deze serie van twee lezingen kwam tot stand in samenwerking met het Noordelijk Archeologisch Depot (NAD) in Nuis en het Museum aan de A, het vroegere Noordelijk Scheepvaartmuseum, in Groningen.

Vanwege de aanhoudende pandemie is het format dit jaar ook iets anders. De lezingen vinden online plaats in de vorm van een van tevoren opgenomen film van ongeveer twintig minuten. Na afloop kunnen de (online) aanwezigen live vragen stellen aan de sprekers. De uitzendingen zullen plaatsvinden op 18 en 25 maart.

Archeologielezing 18 maart: Pioniers na de IJstijd

Sprekers: archeologen Dion Stoop (Noordelijk Archeologisch Depot, Nuis) en Pir Hoebe, (Rijksuniversiteit Groningen)

Wie waren de eerste anatomisch moderne mensen in Nederland? Tijdens de laatste ijstijd, (het Weichselien, van 150.000 – 12.000 jaar geleden) was Nederland een onbewoonbare poolwoestijn. Aan het eind van de ijstijd begon het klimaat te verbeteren waardoor toendralandschappen en bebossing langzamerhand noordelijker konden uitbreiden. Al snel vestigden pioniers zich in deze landschappen: mensen die in barre omstandigheden leefden van de jacht op wild en het verzamelen van planten. Archeologen Dion Stoop (Noordelijk Archeologisch Depot, Nuis) en Pir Hoebe (Rijksuniversiteit Groningen) vertellen wat de archeologie ons leert over de levenswijze en geschiedenis van deze mensen.

Archeologielezing 25 maart: Gezonken in zicht van de haven

Archeo-historisch onderzoek naar de ondergang van de tjalk Drie Gezusters in 1893 op de Zuiderzee door Dr. Y. (Yftinus) T. van Popta, Rijksuniversiteit Groningen

Eeuwenlang was de Zuiderzee letterlijk en figuurlijk het maritieme hart van Nederland. Deze binnenzee bood de Nederlanders veel voordelen op het gebied van onder andere visserij, handel en transport. Er zijn in al die eeuwen tijd heel wat schepen vertrokken om via de Zuiderzee hun bestemming te bereiken. Maar niet alle schepen kwamen op hun bestemming aan. Het gevaar lag namelijk altijd op de loer: het relatief ondiepe vaarwater met zandbanken en ondieptes, plotselinge weersveranderingen en zware stormvloeden zorgden geregeld voor dood en verderf. Niet voor niets wordt Flevoland dan ook het grootste scheepskerkhof op land ter wereld genoemd: tot nu toe zijn ruim 450 scheepswrakken in de voormalige zeebodem aangetroffen. Deze wrakken worden met regelmaat gezien als houten constructies zonder enige identiteit, maar feitelijk zijn het stille getuigen van scheepsrampen en persoonlijk leed.

Het aantal keren dat van een Zuiderzeewrak de identiteit werd achterhaald is echter op twee handen te tellen. In de meeste gevallen kan tot maximaal een halve eeuw nauwkeurig worden ingeschat wanneer een schip is vergaan. Tijdens deze lezing zal echter worden aangetoond dat het wel degelijk mogelijk is om een scheepswrak en een scheepsramp aan elkaar te koppelen. Wat dan ontstaat is een zeer levendig en persoonlijk verhaal, vormgegeven aan de hand van de ramp met de Drie Gezusters.

Beide lezingen beginnen om 20:00 uur en zijn gratis te volgen. Na aanmelding ontvangt u een dag voor de lezing begint de link waarmee u de lezing(en) kunt bijwonen.

 Aanmelden kan via: https://erfgoedpartners.nl/publiekslezingenarcheologie/