Openbaar Ministerie bestraft illegale opgraving van een bijzonder graf uit de IJzertijd

Het Openbaar Ministerie heeft een metaaldetectoramateur bestraft voor een illegale opgraving van een bijzonder graf uit de IJzertijd. Buitengewoon opsporingsambtenaren van de Inspectie Overheidsinformatie en Erfgoed werden ingezet voor het strafrechtelijk onderzoek.

In de zomer van 2018 was een metaaldetectoramateur in de omgeving van Heumen op zoek naar overblijfselen uit de Tweede Wereldoorlog. Hij vond een in elkaar gewrongen kluwen van ijzer en brons. Om dit uit de grond te kunnen krijgen groef hij een kuil van ca. 60 cm diep. Omdat hij geen idee had waar het metaal van was vroeg hij advies aan een bekende. Vanaf daar begon het rond te zingen in het Nijmeegse dat er iets bijzonders was gevonden. Het ging namelijk om onderdelen van een strijdwagen uit de IJzertijd. Deze oorspronkelijk grotendeels houten wagen was meegegeven op de brandstapel van een dode. Na afloop was het overgebleven metaal in elkaar gedrukt en samen met een urn begraven. Het bleek het vierde wagengraf uit de IJzertijd te zijn dat in Nederland is gevonden.

De vondsten kwamen in handen van de overheid en konden daardoor gelukkig vakkundig worden geconserveerd. In 2020 werd de bijzondere archeologische ontdekking aan het publiek gepresenteerd en kreeg veel aandacht in de regionale en landelijke media.

De opgraving van het metaal was illegaal. Het doen van archeologische opgravingen zonder een certificaat is een misdrijf. Er geldt in grote delen van Nederland wel een uitzondering voor opgravingen met behulp van een metaaldetector, maar alleen wanneer er niet dieper gegraven wordt dan 30 cm. Wie zich hier niet aan houdt riskeert een forse straf: maximaal twee jaar gevangenisstraf, een taakstraf of een boete van maximaal € 22.500

In het geval van het Heumense wagengraf is door de ondeskundige berging veel archeologische informatie verloren gegaan. Dit kan niet meer worden hersteld. Zodra de zaak aan het licht kwam is er daarom een strafrechtelijk onderzoek gestart. Dit onderzoek is uitgevoerd door de buitengewoon opsporingsambtenaren van de Inspectie. Maar het is niet eenvoudig om een illegale opgraving waar verder niemand bij is geweest te bewijzen. Tijdens de presentatie van de vondsten in 2020 was het opsporingsonderzoek dan ook nog in volle gang. Uiteindelijk is het gelukt de dader vast te stellen.

Inmiddels zijn er vijf jaren verstreken. Dit heeft een rol gespeeld bij de hoogte van de straf, die mild is uitgevallen: in mei 2023 heeft het Openbaar Ministerie doormiddel van een strafbeschikking een boete van € 250 opgelegd. Belangrijk is dat hiermee is aangetoond dat overschrijding van de maximale diepte van 30 cm inderdaad tot een straf en een strafblad kan leiden, zelfs wanneer dit misdrijf niet op heterdaad is geconstateerd.